Подборка: Нидерландские выражения

Выясняем значение и происхождение популярных выражений нидерландского языка.

См. также Глоссарий.

  1. Aan de kaak stellen
  2. Corona.*
  3. De rek is eruit
  4. Een wassen neus
  5. Foetsie
  6. Gebakken lucht
  7. Hamsteren
  8. Hart onder de riem steken
  9. Het zekere voor het onzekere nemen
  10. Iemand in de maling nemen
  11. Iemand op stang jagen
  12. Iets onder de knie krijgen
  13. In hart en nieren
  14. In zee gaan
  15. Koffiedik kijken
  16. Koste wat het kost
  17. Lentekriebels
  18. Met de gebakken peren zitten
  19. Met de neus in de boter vallen
  20. Moetje
  21. Nattevingerwerk
  22. Over het hoofd zien
  23. Over koetjes en kalfjes praten
  24. Slag om de arm houden
  25. Te pas en te onpas
  26. Tijd is geld
  27. Tussen de middag
  28. Veel haken en ogen
  29. Voor de hand liggend
  30. Water bij de wijn doen
Поделиться: